De lichtopbrengst van een lamp wordt in lumen uitgedrukt. Hoe hoger de lumen, hoe sterker de lamp.
Dit is de brandtijd op vol vermogen in minuten. Na deze brandtijd zal de lamp nog enkele uren werken maar met een zwakkere lichtopbrengst. De opgegeven tijd is gemeten bij kamertemperatuur. Bij duiken in koud water zal de brandtijd korter zijn.
Lampen met batterijen zijn standaard niet oplaadbaar. Optioneel oplaadbare lampen werken op batterijen maar zijn uit te breiden met een accu en een lader. Oplaadbare lampen worden geleverd met de accu en de lader.
Deze laadtijd gaat uit van een helemaal lege accu. De laadtijd is korter als de lamp nog deels vol is.
Een extern oplaadbare lamp hoeft niet open gemaakt te worden om te laden. Dit is makkelijker in gebruik en de kans op lekkage is kleiner.
Een lamp met een smalle (of spot of gebundelde) straal heeft een kleine straalhoek van 7 tot 20 graden. Dit heb je in NL/BE nodig om goed door het donkere water te kunnen schijnen. Een lamp met een brede (of flood of wide) straal verlicht een groter vlak. Dit wordt vooral bij foto- en videografie gebruikt om de beelden egaal te verlichten. Bij een verstelbare lamp kan je deze straal aanpassen tijdens de duik.
Een dimbare lamp heeft normaal gesproken 2 a 3 dimstanden. Door te dimmen kan je de brandtijd verlengen. Een traploos dimbare lamp heeft meer dimstanden.
Lampen met een draaikop draai je vast om de lamp aan te zetten. Lampen met een mechanische schakelaar kan je aan of uit schuiven via de knop. Bij een magnetische schakelaar zit er geen gat in de lampbehuizing waardoor de kans op lekkage minder wordt.